Ecuador rondreis

La Mitad del Mundo, Quito

Als je ooit op de evenaar wilt staan, waar kun je dan beter heen gaan dan Ecuador? In het Spaans betekent zelfs het woord “Ecuador” immers “evenaar”. Het probleem is echter dat er twéé evenaars zijn in Ecuador. La Mitad del Mundo (het midden van de wereld) waar het enorme equatoriale monument ligt staat helemaal niet op de evenaar. De echte evenaar ligt op ongeveer 250 meter afstand er vandaan. Een Franse expeditie markeerde in 1736 helaas de verkeerde plek. In die tijd had je geen GPS maar in principe zaten ze er niet ver naast. Helaas had de Ecuadoraanse regering La Mitad del Mundo al op de huidige plek gebouwd om toeristen te lokken. Het is een bijna 30 meter hoog monument dat mwoah interessant is en een klein museum bevat over de etnische culturen van Ecuador. Óók kun je er leuke natuurkundige proefjes doen. De échte evenaar ligt in het Inti Nan-museum. Leuk om even te bezoeken maar geen  tranen in mijn ogen.

1
2
3
1
3
4

Blue House hostel, Quito

Ik verbleef een aantal dagen voor 9 euro per nacht in het Blue House Hostel. Een jeugdherberg in het beste uitgaansgebied van Quito, een paar blokken van het plein Foch, met gemakkelijke toegang tot de bezienswaardigheden van de stad. Het huis werd 60 jaar geleden gebouwd en hier zetelde vroeger de ambassade van Colombia. Naast een bar waar ik genoeg bier kon drinken was er een barbecue en een biljart zodat we ’s avonds met de mannen een balletje konden stoten. We sliepen met 8 man op een kamer in eigenlijk te kleine houten bedjes. Aan het einde van de straat was een klein eettentje waar je voor 1,40 euro een bonenontbijt of een bonenlunch met kippenpoot kon nuttigen. ’s Avonds ging ik naar het Foch-plein. Hier was altijd wel iets leuks te doen en superveilig ! Op iedere hoek van de straat stond een gemaskerde soldaat met een uzi in de aanslag haha. Zo rond de zonsondergang nam ik een taxi om iets te gaan drinken bij Cafe Mosaico, op de rand van de Itchimbia-heuvel. Hier bestelde ik  Canelazo , een lokaal drankje met kaneel, suikerriet en 45% alcohol. Niet lekker maar wel een warm gevoel in mijn buik.

1
2
3
1
1
Café Mosaico, machtig mooi uitzicht over Quito
1
Foch Plaza
6
2
De hoofdstad Quito, een stad van 70 km lang tussen de bergen.

Mamma Clorinda, Quito

De vader van mijn vriendje op de basisschool in Nuth had hem ooit verteld dat zijn cavia liefdevol ingeslapen  was, en dat het rood aan zijn neusje het spul was waarmee de dierenarts dat had gedaan. De cavia was op, oud en had zijn pootje gebroken. Dus in die zin was het echt wel klaar. Maar mijn vriendje en ik waren er dus jaren later achter gekomen dat hij de cavia dood gegooid had tegen de schutting. In de jaren ’80 werd iedere gulden drie keer omgedraaid. Wat je zelf kon oplossen werd zelf gedaan. Deze jeugdgedachte over die cavia kwam bij me op toen ik de cavia’s bij restaurant Clorinda zag rondrennen in een kooitje achter de keuken. Ik mocht er ene uitkiezen. Niet lang erna zou hij gedood worden en op mijn bordje belanden. Voor veel mensen en “no go”. Maar ik als vleeseter zag er niet zo’n probleem in. Ik mocht zelfs even in de keuken meekijken hoe de cavia werd bereid. Met plastic handschoenen aan at ik hem op. Cavia-vlees is heel vettig. Vandaar. In Ecuador noemen het gerecht ook wel Cuy of Guinee Pig. Het filmpje van de rondleiding door de keuken tijdens de bereiding van een Guinee Pig zie je hieronder.

2
3

Cotopaxi Nationaal Park

Met de mountain-bikes boven op het busje geladen vetrokken we naar het Cotopaxi Nationaal Park. Waar ik ook was in het park, ik keek vrijwel altijd tegen de kilometers hoge vulkaan aan. De laag sneeuw op de top weerkaatste de zon en stak op een heldere dag scherp af tegen de blauwe lucht.Het wandelpad rondom het meer Laguna Limpiopungo was erg populair en een makkelijke route om te fietsen met de mountainbike.12andes_cotopaxi4578

Otavalo markt

Om 06:00u opgestaan om op tijd op de grootste markt van zuid-Amerika te zijn (in Otavalo). Drie keer over moeten stappen. Maar uiteindelijk na een busrit van 4 uur hier aangekomen. Nu eerst een burito van 3$. Je moet hier écht moeite doen om 20$ per dag op te maken 321IMG_6688IMG_66872

3
Mijn reis door Ecuador. In totaal 1700 km exclusief het bezoek aan de Galapagos-eilanden

Cuenca

Eerlijk is eerlijk, het hoogtepunt van Cuenca is eigenlijk de charme van de stad zelf. De combinatie van het koloniale centrum, groene parken en de rijke cultuur, maakten de stad voor mij een aantrekkelijke bestemming. Het is vooral een aanrader om in de namiddag door het centrum te lopen, omdat het zachte middaglicht en de schaduwen dan voor mooie plaatjes zorgen. Daar moet ik dan wel bij vermelden dat het drukke verkeer van maandag t/m vrijdag en de blauwe stadsbussen met hun zwarte uitlaatgassen, nog steeds de rust en zuivere lucht verstoren.

Nu twijfel ik of restaurant Katerschmaus in Berlijn of restaurante Cositas in Cuenca de leukste aankleding heeft.  

Devils nose (Nariz del Diablo) in Rio Bamba

Hier in de Ecuadoriaanse Andes hebben ze natuurlijk ook dames van lichte zeden.  Van die hele kleintjes dan wel. Hun kleine borstjes bedekt met zo’n fel gekleurde mantel. Met en zonder panfluit. Logisch. Mensen, laten we eerlijk zijn. Sex is ook lekker. Als ze wat zouden verzinnen wat nóg lekkerder was zou ik het wel erbij blijven doen. Terwijl ik in Alausi wachtte op het treintje zaten een aantal hoeren me verlekkerd aan te kijken.  Voor zo’n blanke boy konden ze gemakkelijk het dubbele vragen. Ene was toch al richting de 70. Ze maakte van die grappige bewegingen met haar lippen en er verscheen zo’n op-en neergaand bultje in haar linkerwang.  Alsof ze wilde zeggen: “kom in mijn warme mossel van geluk, daarna drinken we samen bier”. Ik moest er eerder smakelijk om lachen dan dat ik het gevoel kreeg mijn Dirkje te moeten starten. Wat zou haar laatste keer geweest zijn ? Als je haar achter op haar kont zou slaan vlogen de vliegen er van voren eruit. Na een uurtje wachten klonk de treinhoorn driemaal en kon ik beginnen met genieten van een unieke treinrit over deze mythische spoorweg. Devil’s Nose oftewel Nariz del Diablo is een berg met bijna loodrechte muren. Om dit obstakel te overwinnen, werd een zigzag-spoorlijn gebouwd die meer dan 500 meter stijgt op minder dan 12 km lengte met hele steile beklimmingen en afdalingen.  Terwijl ik herstelde van de adembenemende afdaling, genoot ik van het uitzicht op de nauwe kloof van de rivier de Chanchán. Mijn rug deed nog ontzettend pijn van het busongeluk wat ik had gehad op de weg hiernaar toe. Hierover méér in de volgende alinea.

Het busongeluk in de Andes

Al vroeg nam ik de bus van Riobamba naar Tena. Bij het dorpje Alausi nabij Riobamba zou ik dan uitstappen om de Devils nose met de trein te gaan doen. Het busvervoer is hier erg goedkoop. Omgerekend ben je ongeveer één euro per uur kwijt. Mijn koffer werd onderin de bus gelegd en ik zat rechts van het gangpad. Verkoopsters kwamen nog even de bus in om hun spulletjes te verkopen. Daarna startte de film op een groot TV-scherm maar ik had meer interesse in de gratis Wifi. De tocht was erg mooi. De bus reed dwars door het Andes-gebergte en ik drukte mijn neus nog dichter op het raampje. Aan de linkerzijde was een diep ravijn. Ik stond op en ging helemaal linksachter op een vrije stoel zitten. Net op dat moment naderde de bus een klein dorpje en viel een zwaar rotsblok omlaag, dwars op de weg. De buschauffeur had het rotsblok zien vallen en trok aan het stuur. Hierbij reed hij over iets heen wat de bus deed stuiteren. De achterzijde van de bus kwam volgens ooggetuigen zeker een meter van de grond en stuiterde een aantal maal op en neer. Ik knalde met mijn hoofd tegen het plafond en weer even zo hard terug op de stoel. En dat drie keer achter elkaar. Ik hoorde mijn rug kraken en schreeuwde het uit van de pijn. Ik had niet in de gaten wat er aan de hand was en raakte in paniek. De bus kwam tot stilstand. Ik lag in het gangpad en voelde mijn benen niet meer. Hierdoor raakte ik nog meer in paniek. De overige passagiers probeerden zo snel als mogelijk uit de bus te komen en stapten over me heen. Na vijf minuten kwam de buschauffeur poolshoogte nemen en wilde me oppakken. Met handgebaren probeerde ik hem duidelijk te maken dat dat niet ging i.v.m. mijn rug en maakte hem duidelijk dat hij een ambulance moest bellen. “No ambulancia”: zei hij. Tja. We zaten in de Andes. Ambulances moeten hier van heel ver komen. Logisch. Na enkele minuten begon ik weer het gevoel in mijn benen terug te krijgen. Een aantal mensen sleepten me uit de bus en ondersteund door twee man kon ik alweer enkele pasjes maken. Gelukkig had ik pijnstillers bij me. In Banos aangekomen ging ik meteen naar een ziekenhuis. De wachtkamer was gewoon buiten op straat. Een verpleegster kwam me halen toen ik aan de beurt was. De dokter bekeek mijn rug en constateerde een flinke kneuzing. Een röntgenapparaat hadden ze niet dus ik kon geen foto’s laten maken. Tja…. wat doe je dan. Een half uurtje later stond ik weer buiten. Ik had zin op een biertje.

Op een paard een dagje door leuke dorpjes in de Andes

Paardrijden is best leuk. Maar dan moet dat paard wel getraind zijn op toeristen zoals ik die geen weet hebben van hoe je zo’n beest moet besturen. Vandaag werd het weer eens tijd en besloot ik samen met een locale paardenboer een ritje te wagen. We kwamen langs allemaal hele leuke dorpjes die nog op traditionele wijze waren gebouwd.

Een dagje verwennen in een spa tussen de vulkanen in Baños

Met afstand de mooiste spa waar ik ooit ben geweest. Vanaf grote hoogte liggend in een bruisende, warme spa keek ik omlaag naar het kleurrijke stadje Baños in het Andes-gebergte. Baños ligt aan de voet van de actieve vulkaan Tungurahua. Bij erupties veroorzaakt het opkomende magma aardschokken in het nabijgelegen stadje. De weg tussen Baños en Riobamba, direct onder de Tungurahua langs, wordt vaak afgesloten vanwege vulkanische activiteit. Bovendien wordt het gebied regelmatig door aardbevingen getroffen.De hevigste uitbarsting sindsdien was in 2006, vier maanden nadat ik hier was vertrokken, toen zes doden vielen en 4.000 mensen werden geëvacueerd. Met twee aardbevingen en een busongeluk binnen vier weken had ik dit ook nog wel overleefd 🙂banosIMG_4234IMG_4269

Swing at the end of the world (la Casa del Arbol Baños)

Deze foto hebben we allemaal wel eens gezien. Een persoon in een schommel waarin het lijkt alsof hij over een ravijn swingt. Natuurlijk moest ik dit even doen. Dus met een taxi vanuit Banos helemaal naar boven de berg op, even swingen in de schommel, biertje drinken en met dezelfde taxi-chauffeur weer terug voor omgerekend 5 euro.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Twitter-afbeelding

Je reageert onder je Twitter account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.