
Tienduizenden soldaten uit Britse gemenebest landen marcheerden tijdens de Grote oorlog oftewel de eerste wereldoorlog over de weg door deze poort (die er destijds natuurlijk nog niet stond) naar het slagveld bij de Meenseweg. Ruim 54.000 mannen en jongens kwamen niet meer terug.
De stoffelijke overschotten van deze soldaten hebben geen bekend graf en liggen ofwel nog ergens verloren in de Ieperse velden, ofwel op een oorlogskerkhof rond Ieper met als vermelding op de grafsteen Known Unto God (alleen gekend bij God). Indien een lichaam geïdentificeerd wordt met een naam vermeld op de Menenpoort (of een ander monument voor vermiste gesneuvelden) wordt in principe zijn naam van de Menenpoort weggehaald.

Sinds 1928 wordt iedere dag om 20:00u the Last Post geblazen ten ere van de 250.000 gevallenen in de slag om Ieper (B). Op deze plek werd in België het zwaarst gevochten. Hier vielen de meeste doden per vierkante meter. Stel je voor: in vier veldslagen verdeeld over 175 dagen zijn dat gemiddeld 1400 doden per dag. Aan het héle westfront sneuvelden overigens 3,8 miljoen soldaten.

Op de camping waar we bivakkeerden sliepen we op honderden lijken zo verzekerde de campingeigenaar ons. Het was bij wet verboden om ze te gaan zoeken en ze een waardig graf te geven. Gewoon vanwege het feit dat er nog zóveel onontplofte bommen onder de grond lagen dat het té gevaarlijk zou zijn een schop in de grond te steken. Ook een vuurtje stoken mocht niet. De hitte zou een blindganger die nét onder het aardoppervlakte lag, kunnen ontsteken. Alle vuurkorven op de camping stonden op een verhoging van 50 cm: de veilige afstand om wél een vuurtje te kunnen stoken 🔥🤗. Overigens, op de foto’s hieronder zie je het grasveld waaronder de lijken liggen en een kleine vijver, ooit ontstaan door een mortierinslag. Generaals aan beide zijden beschreven destijds het terrein als een hel op aarde. De offensieven werden echter niet afgelast. Hieronder beelden van een gifaanval destijds. De geallieerden hadden geen weet van de uitwerkingen van dit gas. Ze drenkten hun zakdoeken in hun eigen urine om zich tegen het chloorgas te beschermen. Tevergeefs. Pas later kregen zowel soldaten als paarden gasmaskers om zich te beschermen tegen dit dodelijke wapen.
De helft van het terrein bestond uit modder waar men slechts kon lopen door er planken op te leggen; de andere helft was water waarin duizenden halfvergane lijken ronddreven. Gewonden waren reddeloos verloren en zakten in het slijk weg.






Museum Hooge Crater
Angelica en ik bezochten het museum Hooge Crater. Het oorlogsmuseum huisvest de verzamelingen van twee mensen: curator Niek Benoot en Philippe Oosterlinck, een verwoed verzamelaar van oorlogsmateriaal uit de Eerste Wereldoorlog. De elkaar aanvullende verzamelingen omvatten enerzijds het zeer uitgebreide wapentuig en anderzijds de uniformen en uitrustingen van alle legers die aan de vier jaar durende veldslag hebben deelgenomen. We zagen foto’s (zie hieronder) die destijds genomen waren door oorlogsfotografen. Zeker in die tijd een héél riskant beroep.































Mooi Randy , inderdaad een niet te vergeten oorlog. De slag om Ieper en Passendale waar men geen duimbreed weggaf en vele zinloze loopgraafgevechten werden uitgevochten .
Wederom een mooi verhaal om even bij stil te staan wat voor een barbaren wij mensen soms kunnen zijn .
Groet S.C
LikeGeliked door 1 persoon
Dankje vriend ! Op zo’n plekjes ga ik altijd weer even terug naar af. Even relativeren !
LikeLike
mooi indrukwekkend verslag, heel onwerkelijk , heb je nog nachtfotos gemaakt ? zal wel druk zijn geweest met orbs …groetjes marijke
LikeGeliked door 1 persoon
Heb helaas geen nachtfoto’s gemaakt. Heb wel vaker tijdens mijn urbexen orbs op mijn lens gehad. Maar eerlijk gezegd geloof ik daar niet zo in haha
LikeLike